2017 USA - Dag 45: Naar Casper

18 Juni 2017, Zondag

Het doel voor vandaag is Casper. We gebruiken dat als tussenstop voor de terugreis naar Denver. Onderweg komen na ongever 50 mijl door de eerste plaats tegen, genaamd Thermopolis. Het landschap tussen deze twee plaatsen is alsof twee continentale platen over elkaar geschoven zijn, waarbij de ene shuin omhoog gedrukt is. Je ziet telkens van die vreemde shuin omhoog stekende heuvels die scherp aflopen, van een paar meter hoog tot tientallen meters hoog.

Over het weer: Het is een stuk warmer, we zijn ook een stuk gedaald. Het is hier nu een graad of 26 Celcius.

In Thermopolos is een termisch-State-Park met diverse zwembaden, badhuizen en poelen. Het blijkt gebaseerd te zijn op een aantal heetwater bronnen. Die bronnen leveren water aan natuurlijke bekkens en via ‘terassen’ loopt het water de rivier in. De rivierkant is hier heel bijzonder. Alles doet denken aan bronnen in Yellowstone, maar dan in het klein en geen geysers.

We lopen hier eerst een uitgestippeld rondje. Dit eindigt (en begint) bij een heetwaterbron. Omdat we die al vaak gefotografeerd hebben in Yellowstone, heb ik hier een close-up van een waterbel gemaakt en van een libelle die op een takje boven de bron zat.


Vandaag is in dit park ook een soort oldtimer show. Opgepimpte oude autos. Ziet er wel gezellig uit, dus ik loop een rondje langs de autos. Fraai spul, dit zijn wel liefhebbers die er veel tijd in gestopt hebben om de autos er weer zo uit te laten zien, daar hoef je geen kenner voor te zijn om dat te zien.

Tijd voor koffie aan een picknickbankje in het park. Vera gaat wat lezen terwijl ik nog een rondje maak langs de terassen en de rivierkant via de overkant van de rivier fotografeer.

We vervolgen onze weg naar Casper. Het eerste stuk van de weg is door bergen, dit is een erg mooie weg. Het gaat vooral omlaag. Hierna wordt het landschap veel vlakker en komen we op een weg waar je 70 mijl/uur mag rijden en die we nog 150 kilometer moeten volgen.

Er staan geregeld groepjes pronghorns in de weiden. Zo heel af en toe zie je een kudde koeien verdeeld over een absurd groot stuk land, dan weer niets anders dan gras (veelal dor) met zo hier en daar een beest of een ja-knikker.

Er zouden een aantal plaatsen op deze route zijn, het meest aparte was een plaats met maar 1 huis. Andere hadden er wel tien…(?) Oftewel je komt hier weinig tegen en je moet niet met een lege tank komen te staan. Op dit hele stuk was er 1 ‘resting place’. Dus een opmerking als “We moesten maar eens een lunch maken binnen nu en een kwartier”… het kan maar zo zijn dat het komende half uur rijden alleen maar weg is, geen afslagen, geen parkeerplaatsen, asfalt tot in het oneindige.